Lees meer over de TerugWINwoning
Over materiaaltoepassing, energetische maatregelen en MPG-/BENG-scores
Meer informatieAls er iemand zijn licht op de struggle van het veranderproces kan laten schijnen, dan Jos Pieterse wel. Als onderzoeker bij Fontys raakte hij met EcoFab betrokken bij de ingrijpende uitdaging waarvoor de bouwsector zich gesteld ziet. Die van duurzaam bouwen, CO2-reductie en het gebruik van circulaire en biobased bouwmaterialen.
“Hoe ik bij het projectconsortium EcoFab betrokken raakte, kan ik niet precies reproduceren. Feit is dat ik mij als onderzoeker bezighoud met verandermanagement en strategische samenwerkingsverbanden, waarbij mijn focus ligt op circulaire en duurzame transitie. Dus toen het werkpakket, oftewel de werkgroep ‘Organisatieomslag en cultuurverandering’ van dit project voorbij kwam, was ik onmiddellijk geïnteresseerd. Ik zou het consortium graag helpen om tot resultaten te komen. De bouwsector staat aan de vooravond van een transitie, waarbij een groot aantal spelers betrokken zijn. Bedrijven en organisaties, maar ook overheden zoals gemeenten, het rijk en de wetgeving en het vergunningstelsel dat daarmee samenhangt. Binnen dat gremium, dat de afgelopen 100 jaar is opgebouwd, moet je die omslag zien te maken. Een veelomvattende én interessante klus wat mij betreft.”
Dat de keten grote ambities heeft en iedereen de stip aan de horizon wel ziet, spreekt voor zich. Echter vaak door de bril van de bestaande situatie. Pieterse: “En dan komen de tegenargumenten. Hoe kom ik aan circulair beton? Hoe betaal ik die veel duurdere koudgebakken, CO2-opnemende baksteen en past die wel in het bouwbesluit? Wat je ziet, is dat bedrijven bang zijn achterop te raken en hun bestaansrecht te verliezen als ze blijven doen wat ze altijd al deden. Tegelijkertijd dringt zich al snel de vraag op: waar begin ik en hoe kom ik tot concrete, werkbare en betaalbare oplossingen? Uiteindelijk moet iedereen wel geld blijven verdienen om zijn broek op te houden.”
Het toverwoord om in de bouwbranche echt een duurzame, circulaire en biobased slag te maken, is volgens Pieterse samenwerking en verbinding. “Een cultuurverandering bereik je niet met bedrijven en organisaties, maar met mensen. Díe moeten veranderen om zo’n grote transformatie tot stand te brengen en de investeringen die ermee samenhangen, in welke vorm dan ook, gezamenlijk dragen. En ja: dan hebben we het over de zachte kant in een technische, nogal traditionele branche. Eén die zich graag uitdrukt in cijfers en feiten, vertaald in tijd, geld en concrete resultaten. Toch is het nodig om binnen die branche met elkaar te praten en vooral naar de ander te luisteren. Om vervolgens ieders beweegredenen daadwerkelijk te begrijpen en mee te nemen in het veranderproces. Niet denken: leuk verhaal, maar daarin ga ik echt niet mee, maar open kaart spelen én je in de kaart laten kijken. Vertrouw elkaar, werk proactief samen aan oplossingen en reflecteer daarop.”
Blijft de vraag hoe het consortiumproject EcoFab het verder gaat brengen dan praten in die struggle van het veranderproces. “Dat bepalen de deelnemers van de verschillende werkpakketten, oftewel werkgroepen en organisaties zelf. Het werkpakket waarvan ik deel uitmaak, kan daarbij faciliteren, partners bij elkaar brengen en gesprekken tot stand brengen met als resultaat een betere samenwerkingscultuur. We kunnen begeleiden en monitoren, maar geen resultaten boeken. Ik heb weinig zicht op de dynamiek tussen de diverse werkpakketten of wat er gebeurt met de output van de consortiumbijeenkomsten. Maar ik hoop van harte dat de betrokken partners dat wel hebben.”
In zijn workshop tijdens een van de consortiumbijeenkomsten ging Pieterse onder meer in op de X-curve van Drift. “Die is bedoeld om het (eco)landschap in kaart te brengen, waarbij zowel naar het bestaande als het opkomende systeem wordt gekeken. Oftewel ‘Hoe je zorgt dat je bijdraagt aan een echte duurzame transitie’ (en niet stiekem het oude systeem in stand houdt). Later gaan we nog in op de methode van Reflective monitoring in action (RMA), waarbij je de voortgang van het proces monitort en structuur aanbrengt. Wie is waarmee bezig? Hoe sluit dat op elkaar aan en wat leren we van elkaar? Wat spreken we af? Om de voortgang te monitoren, maak je een planning. Daarmee kun je acties afvinken en vaststellen wat je wel en niet hebt gehaald en in alle openheid reflecteren op de samenwerking en wat je beter had kunnen doen. Zo til je het proces samen van theorie naar praktijk: het concreet opleveren van de eerste TerugWINwoning. Waarbij ‘de praktijk’ geen abstract begrip is of een struikelblok, laat staan een vrijbrief om niets te doen. ‘De praktijk’ verander en maak je samen.”
Lees hier meer over EcoFabOver materiaaltoepassing, energetische maatregelen en MPG-/BENG-scores
Meer informatie